Ben je van plan om te reizen door Zuid-Amerika? Dan mag Bolivia zeker niet ontbreken. Vergeleken met bijvoorbeeld Peru is het nog een stuk minder ontwikkeld, maar daarmee wel puurder. De locals zijn wat meer ingetogen, misschien wel door het minder aantal toeristen. De meeste mensen bezoeken Bolivia voor de zoutvlaktes of de Amazone en beiden zijn zeker de moeite waard! Maar een stadje, een van de belangrijkste stadjes in de historie van het land, is een must see; Potosi! De hoogstgelegen stad ter wereld (4090m!)
Rijkdom van Potosi
Ooit was Potosi een van de rijkste en grootste steden ter wereld, met dank aan de zilverwinning uit de Cerro Rico. Het zilver en daarmee ook de arbeiders waren niet aan te slepen. Ook de munten uit Nederland kwamen toendertijd uit deze berg! Een bezoek aan Casa Nacional de Moneda geeft je een goed beeld over de invloed van Bolivia wereldwijd, maar hiermee ook de ondergang van het rijkdom. Zo zie je ook hier: waar rijkdom is, is het wachten op de keerzijde.
Waar rijkdom is, is het wachten op de keerzijde
Deze kwam gedurende de eerste helft van de 19e eeuw, tijdens de onafhankelijksoorlogen, waar veel rijkdommen naar Europa verscheept werden. Bij de onafhankelijkheid was de bevolking afgenomen tot minder dan 10.000 (wat ooit 200.000 was!). Ook de mijnen van de Cerro Rico waren bijna uitgeput. De val van de zilverprijs gaf de economie van Potosi de genadeslag.
In drie eeuwen tijd zijn er al 8 miljoen mijnwerkers overleden en de teller loopt zolang er nog mineralen te vinden zijn in de Cerro Rico. Het is namelijk nog maar de vraag hoe lang er nog grondstoffen te vinden zijn in deze berg, en hoe lang er dus nog geld verdiend kan worden, zo ook aan het toerisme. De locals weten maar al te goed dat Potosi ooit een ghost town zal worden, waardoor je hier nog meer een dubbel gevoel zal achterlaten.
Met een dubbel gevoel een tour in de Cerro Rico
Na het bezoek aan Casa Nacional de Moneda wilden we zoals vele andere toeristen graag met eigen ogen zien hoe het ‘leven’ in de mijn eruit ziet. We besloten om een tour te boeken bij Koala Tours waar ex-mijnwerkers gekozen hebben voor een beter leven als gids. Zij kunnen je maar al te goed uitleg geven over de historie, de invloed en het leven in de mijnen.
Voorbereidingen
Op vele blogs is te lezen dat je als toerist zelf met dynamiet een stuk mijn op kan blazen. Dit is gelukkig tegenwoordig verboden! Wel kun je als toerist ‘cadeautjes’ kopen voor de mijnwerkers. Denk hierbij aan frisdrank, alcohol, coca bladeren en dynamiet. Tijdens de tour geeft de gids hen de cadeaus en hier zijn ze oprecht blij mee!
Dan is het tijd om je om te kleden als een ‘echte’ mijnwerker. Dit geeft toch wel wat extra feeling bij de tour. Stiekem waren we toch wat zenuwachtig toen we eenmaal in het busje naar de Cerro Rico zaten.
In de Cerro Rico: hectiek, stof, respect
Gelijk bij het betreden van de mijn begon de hectiek. Aangezien er continue mijnkarren langskomen, soms beladen met 2000 kg, is het opletten waar je loopt en hoe snel je loopt. De gids geeft gelukkig duidelijk tekens wanneer je kan lopen (meer rennen). Wanneer het kan, houdt hij een praatje met de mijners en geeft de cadeaus.
Naast de hectiek merk je gelijk het overschot aan stof, het gebrek aan zuurstof en het verschil in temperatuur. Vanaf het begin krijg je al respect voor de mijners! Zij kiezen ervoor om hier geld te verdienen onder deze omstandigheden, zonder daglicht, zonder eten. Wauw, dan is jouw baan ineens niet meer zo erg toch?
In Bolivia kennen ze geen leeftijdsgrenzen, want er is niemand die dit komt controleren. Ook niet in de mijnen. Zo werken er soms zelfs kinderen… Wat de hele ervaring erg dubbel maakt.
Ondanks het dubbele gevoel, toch de moeite waard
Ook al zijn er erg tegenstrijdige verhalen over het bezoek aan de mijnen, wij vonden het toch de moeite waard. Je krijgt echt respect voor de werkers, maar ook voor Potosi als stad. Het is dan ook lastig om in een blog te omschrijven wat je ziet, voelt en ruikt. Je moet het zelf ervaren.
En dat is dan ook wat we aanbevelen: bezoek Cerro Rico en Potosi nu het nog kan, want wie weet over hoeveel jaren het stadje er heel anders uit zal zien!
No Comments